Titelblad boek Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving

Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving --- Met de voeten in de modder

Publicatie: Wolters-Noordhoff bv (2004, Groningen/Houten)

Plaatsing op Heterodox Gezelschap Sam de Wolff: 11 juli 2014

E.A. Bakkum is beroepsmatig werkzaam bij het Socialistisch Centrum, waar hij de functie van zaakwaarnemer vervult. Daarnaast is hij eindredacteur van de web-periodiek Sociaal Vooruit.

Na het boek Micro-economie pakt uw recensent opnieuw een inleidend leerboek van de schappen, te weten Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving van A.J. Marijs en W. Hulleman. Evenmin als Micro-economie kan Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving aanspraak maken op enige originaliteit. Maar wèl beschrijft het boek helder en zonder fratsen hoe de Nederlandse economie in elkaar zit, en dat is óók wat waard. Sterker nog, wie origineel wil zijn, moet eerst weten wat normaal is1. Die vraag kwam acht jaren terug op, toen uw recensent verslingerd raakte aan boeken zoals Economics: an introduction to traditional and radical views. Bij zoveel kritiek op wat is ontstaat vanzelf de behoefte aan een second opinion. Waar gezworen wordt, staat de leugen aan de deur. De voeten moeten terug in de modder2.

Dat werd dus het boek Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving. Overigens vormen Marijs en Hulleman een vruchtbaar auteurs-duo, dat al diverse boeken op zijn naam heeft staan3. De boeken zijn bedoeld voor de studenten van Hogescholen, en hebben daarom het voordeel van een sterk practische benadering. De auteurs geven een heldere definitie en uitleg van de cruciale economische grootheden, en brengen die tot leven aan de hand van talloze grafieken, statistieken, en tabellen. Marijs en Hulleman blijven liever dicht bij huis, en halen al hun getallen-materiaal uit de Nederlandse economie. Want de spiegel vleit niet. Inderdaad is hun boek niet louter stof voor studenten, maar evenzeer belang wekkend voor de gemiddelde kranten lezer. Zelfs is Het Financieele Dagblad een graag geciteerde bron ("de betere dagbladen", schrijft de uitgever parmantig op de achterflap)4.

Waar nodig voegen de auteurs schema's en figuren toe. In de kantlijn staan trefwoorden genoteerd, zodat de lezer zelf niet hoeft te knoeien met een gele stift. Her en der zijn casussen toegevoegd, en contrôle-vragen voor wie aan de bak wil (let u nog wel op, beste lezer?5). Alle definities worden herhaald in een lijst aan het einde van elk hoofdstuk. Een pijp tabak verlet niet. Kortom, het boek legt een fundament, waarop men vervolgens met vertrouwen kan voortbouwen. Men kan beter tweemaal vragen dan éénmaal het spoor bijster worden. De hele indeling is dermate didactisch verantwoord, dat het bijna Amerikaans aandoet. Ongetwijfeld bieden andere Nederlandse uitgevers soortgelijke leerboeken aan, maar uw recensent is er nog geen tegen gekomen, die Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving overtreft.

Waaruit bestaan dan wel die gegevens, die zo waardevol en noodzakelijk zijn voor de belangstellende leek? Het boek begint met een verhaal over de rol van de onderneming in de economische productie. In het daarop volgende hoofdstuk wordt de economische kringloop verklaard, dus inclusief de consumptie. Bovendien worden de ondernemings-functies zoals het investeren en exporteren uitgelegd. De getallen-voorbeelden laten zien hoe erg Nederland inderdaad afhankelijk is van de handel met het buitenland. En aangezien de inhoud gaat over macro-economie, maakt de lezer kennis met mysterieuze termen (voor iedereen behalve de abonnee's van Het Financieele Dagblad) zoals het "saldo op de lopende rekening" en de "macro-economische verkenningen" (de MEV). Die 't soospraatje geproefd heeft, weet hoe 't smaakt.

Vervolgens wordt de Nederlandse inkomens-verdeling onderzocht. Daarnaast beschikt de Nederlandse burger over toegang tot allerlei collectieve voorzieningen, en de auteurs nemen dat thema in één moeite mee. De oorzaken achter de verdeling bij de loon-arbeid worden grondig uitgespit. Bovendien komen het secundaire inkomen (uitkeringen) en het tertiaire inkomen (subsidies en dergelijke) aan de orde. Van aalmoes die men doet, vermindert beurs noch goed. Maar tevens treft men hier intrigerende zaken aan zoals de vermogens-verdeling. Omgekeerd wordt uiteen gezet hoe de overheid zèlf het inkomen binnen haalt, waarmee zij haar herverdelende taak kan uitvoeren. Inderdaad, de belastingen. Veel van deze informatie komt uit de MEV. Die blijken de informatie vooral als mutaties te presenteren, wat even wennen is. Is dat een erfenis van Tinbergen?

Logischer wijze zou nu de structuur van de Nederlandse economie moeten worden beschreven. Inderdaad besteedt het boek daaraan aandacht, zij het pas aan het eind. Dan krijgt de lezer een indrukwekkende tabel gepresenteerd van de voltallige Nederlandse productie, inclusief de werkgelegenheid. Geen boodschap is zo goed als die men zelf doet. Er wordt een uitsplitsing gemaakt naar het MKB en het groot-bedrijf, wat natuurlijk smullen is voor de aanhangers van concentratie theorieën. Bovendien worden nogmaals de investeringen, de innovativiteit en de export onder de loep genomen. De lezer maakt kennis met essentiële grootheden, zoals de kapitaal intensiteit (inclusief tabel) en de investerings-quote. Met hopen alleen komt geen zaad in het bakje.

In vijf hoofdstukken en zo een honderd pagina's wordt de economische dynamica besproken. Uiteraard is daarvan de groei het belangrijkste, maar ook de conjunctuur krijgt enige aandacht en zelfs de inflatie. Hier bevindt zich bijvoorbeeld een aardige tabel over de samenstelling van de prijs-index. De conjunctuur is een wonderlijk verschijnsel, dat onbegrepen is en het onderwerp van wilde speculaties. Geen zaterdag zo kwaad, of de zon schijnt vroeg of laat. Dit boek inventariseert het thema slechts in vogelvlucht. Interessant is dat kennelijk sommige bedrijven anti-cyclisch investeren (zie p.286), wat knap is, omdat daarvoor de toekomst moet worden voorspeld. Men moet bijtijds bakzeil halen.

Uiteraard komt ook de structurele groei ruim aan bod. Groei ontstaat uit investeringen, en vereist dus kapitaal. Daarom wordt hier de geld-circulatie behandeld, zij het erg oppervlakkig. Wie meer wil weten, zal andere boeken van Hulleman en Marijs moeten raadplegen. Onder het kopje groei horen boeiende thema's, zoals de ontwikkeling van de arbeids-productiviteit. Inderdaad ontbreekt opnieuw een tabel niet, helaas weer uitgedrukt in mutaties. Voorts kan de lezer hier eindelijk de Nederlandse spaarzin leren kennen. Wie verre wil varen, moet garen en sparen. Een belangrijke economische grootheid is de kapitaal-coëfficiënt, die laat zien hoeveel kapitaal Nederlanders nodig hebben om hun inkomen te verdienen. Ook wordt iets vermeld over duurzaamheid, al is het weinig. Het is geen pijp tabak waard. Daarvoor is duurzame ontwikkeling een tè multi-disciplinair thema (net zoals bijvoorbeeld "welzijn" of "ethiek").

  1. Enkele decennia terug las uw recensent Samen onderweg, een prachtige bundel opstellen van Ruud Lubbers. Wie wil kan daaruit veel levenswijsheden putten. Een voorbeeld is het stuk Getuigenis, dat Lubbers al in 1959 schreef in de almanak van de Katholieke Studenten Vereniging Sanctus Laurentius. Een citaat (p.324): Mijns inziens kan men het spel pas juist spelen als men inderdaad de gewone reële verhoudingen kent. Pas als men normen heeft en een oordeel kan vellen kan men op dit gebied een grapje uithalen, anders veroorzaakt men slechts ergernis. Uw recensent voegt toe, dat in die wijsheid zijn (Lubbers) scholing op het Canisius-internaat van de Jezuïeten paters zich al merkbaar uitbetaalt.
  2. De zanger Joop Visser dicht in zijn lied In de 60er jaren: Het zou niet lang meer duren of de laatste klets-besturen / lagen plat onder de muren van hun eigen nep-structuren, weet je wel? / Niks besturen, niks regeren, alles democratiseren, / en spontaan communiceren, creatiever functioneren, weet je wel? /
  3. Zo heb je eventjes vergeten wat je nooit hebt willen weten / dat-ie toch weer zitten zou, de ellebogen uit de mouw / en op zijn oude plaats met zijn oude maats, / waar-ie altijd heeft gezeten. / Macht gespreid, inkomen gespreid, kennissen gespreid, bed gespreid. / En als er een oude niet kon blijven, komt er een nieuwe boven drijven. / Een rijke streber, een rijke regent. Visser geeft zijn CD's uit in eigen beheer.
  4. Macro-economie en bedrijfsomgeving (2000, Wolters-Noordhoff bv) overlapt deels met Macro-economische ontwikkelingen en bedrijfsomgeving, maar gaat dieper in op de theorie. Geld, IEB en bedrijfsomgeving (2005, Wolters-Noordhoff bv) behandelt de betekenis van geld en kapitaal.
  5. Dezelfde Joop Visser maakt de ballade NRC Handelsblad over de pers: Je bent er pas echt geweest en je hebt pas echt geleefd / als je stijlvol bent gestorven in het NRC Handelsblad. / Je weet het nooit, misschien kan het nog heel lang duren. / Je weet het nooit, misschien is het een zaak van uren. / En het zal wel eenzaam zijn, en misschien doet het pijn. / Maar als ik overlijd, dan wil ik kwaliteit. / Een enkele advertentie, of twee, maar niet zo'n keten / met enge zakenmensen, die nog hun plaats niet weten. / Een groet, omdat ik van jullie hou, voor als je dat soms niet wist. / Het mag best wat centen kosten, dan maar een mindere kist.
  6. Bij een goede vraag staat de bak voor de deur. Bijvoorbeeld: waarom drinken muizen geen alcohol? Angst voor de kater. En hoe heet een boemerang, die niet terugkomt? Een stok. Hoe weet men dat er olifanten in de koelkast waren? Voetsporen in de boter. Hoe krijgt men een olifant in de koelkast? Deur open, olifant erin, deur dicht. Waarom hebben eenden platvoeten? Om het vuur uit te trappen. Waarom hebben olifanten platvoeten? Om de brandende eenden uit te trappen. Hoe vangt men een konijn? Ga achter een boom staan, en imiteer het geluid van een wortel. Wat zei de ene magneet tot de andere? Ik vind jou erg aantrekkelijk. Waarom liep de ontsnapte dief naast de autoweg? Dat is de vluchtstrook. Hoe kom je uit een boom? Ga aan een blaadje hangen, en wacht tot het herst wordt. Wat is groen en kijkt door het sleutelgat? Een spionazie. Wat doet een piraat voor de computer? Hij drukt op de enter-toets.